Kerstnacht
van Ida Gerhardt
Onderstaand gedicht is van grote
schoonheid. De eerste keer dat ik het mocht verwoorden was voor Radio
IJsselmond, een live uitzending op Oudejaarsavond. Naderhand heb ik het voor
meerdere doeleinden gebruikt. De ontroering bij dit gedicht lijkt steeds sterker
te worden. Ik zie de sneeuwvelden, voel de bijtende kou, weet boven me het
sterrendak.
Stilte. En is die stilte probeer ik
me open te stellen, open voor het kerstgebeuren...
Ida Gerhardt verstaat de kunst de
juiste woorden te kiezen en ze op de juiste plek neer te zetten. Maar dat niet
alleen, de klank van de woorden benadrukt de twee eerst genoemden. Zo verbinden
deze drie de woorden tot een snoer, die niet alleen het hart bereikt, maar
landt tot in de ziel. En daar tot rust komt.
Kerstnacht – het woord is als een
lafenis,
een koele sneeuw, glanzend onder het
zachtestralen der sterren – op de landen is
het weerloos stil, een ongerept verwachten.
Kerstnacht – het eenzaam zwerven der
gedachten
rondom een oud verhaal, het nimmer
uit te sprekenverlangen naar het helder zingen in de nacht en
het opgaan van de ster, een lichtend teken.
Kerstnacht – het sneeuwt op uw
geschonden aarde,
dun en verstuivend dekt een huiveringvan ijle val, een lichte zuivering
het vragen, dat wij ongestild bewaarden.