De doden van Spier
Een schrale
aprilwind doet rillen, zelfs de narcissen lijken te huiveren. Dat huiveren
heeft te maken met de plek waar we staan. Een oorlogsmonument, toevallig ontdekt
tijdens een wandeling.
Hoe vaak
niet zijn we onwetend voorbij gereden, meegaand in de verkeersstroom op de A28.
Achter een wal van aarde ter hoogte van Spier, verscholen tussen de bomen,
staat een sober kruis met veertien namen. Het opschrift luidt: ‘ 21 strijders
gefusilleerd – 10 april 1945. In een afgedekt bakje liggen folders met het
verhaal. Er staat een bank en met de kraag omhoog tegen de koude wind lees ik
het verhaal.

Op 7 april
1945 stonden in Engeland op de vliegvelden Shepherds Grove, Great Dunmow en
Rivenhall bommenwerpers gereed om die nacht Franse parachutisten boven Drenthe
te droppen. Doel was om achter de Duitse linies onrust te scheppen en zo het
verdedigen van Drenthe door de Duitsers te bemoeilijken. Een groep kwam terecht
bij Spier, een andere groep landde in de streek ‘Toldijk’ dicht bij de Wijsterseweg,
nu gemeente Hoogeveen. Deze groep werd door de bevolking opgevangen en verzorgd
in afwachting wat zou komen. Dat duurde niet lang. De Duitsers kregen lucht van
de parachutisten, trokken hevig vurend naar de Wijsterseweg, daarbij werd ook
de woning van de familie Scholing onder vuur genomen. Arend Scholing (55), zoon
Dirk (26) en zoon Gezienus (14) vonden de dood. Moeder Margje
Scholing-Duinkerken (55) stierf op 14 april in het ziekenhuis. De Duitsers heroverden
het gebied, de Fransen ontkwamen en een grote groep burgers werd gevangen
genomen. Een deel van de mensen mocht direct weg, de rest werd in drie groepen
verdeeld waarover apart werd gesproken. Groep één mocht weg als onschuldig,
maar groep twee bestaande uit zes personen, had gewapend verzet gepleegd. Van
groep drie, die uit negen personen bestond, was niet duidelijk of ze mee hadden
gevochten. Omdat het tegendeel niet was bewezen werden ook zij gevangen
genomen. Vijftien mannen werden afgevoerd richting Westerbork. Ze sliepen die nacht
in een schuur; Hayo Wubs werd bij een vluchtpoging doodgeschoten. Zo liepen op
10 april veertien mannen met hun handen in de nek, omgeven door Duitsers, door
Spier. De plannen werden gewijzigd. De Duitse commandant moest de mannen
overdragen aan de Grüne Polizei. De dorpelingen wilden de gevangenen van eten
en drinken voorzien, het werd niet toegestaan. De mannen stonden tegen de muur
van café Ten Buur, binnen werd overlegd. De Canadezen waren in aantocht. Dat
gaf de doorslag. Even ten noorden van Spier liep een pad het bos in. Daar op de
Eerste Lange Maatseweg werden veertien mensen met een nekschot vermoord. Samen
met de familie Scholing en Hayo Wubs kwam het dodental op negentien mensen. Er
waren ook twee mensen omgekomen bij het Noorderhuis en daarmee kwam men op 21
slachtoffers. Later bleek dat niet twee, maar drie mensen daar het leven hadden
gelaten.

Langzaam
vouw ik de folder dicht en kijk naar het monument, lees zacht de namen. Straks
op vier mei zal de vlag halfstok hangen. Misschien klinkt de Last Post en volgt
een veelzeggende stilte. Afsluitend wordt het Wilhelmus gezongen. Nabestaanden
en belangstellenden leggen bloemen. Verbondenheid. Steeds weer worden nieuwe
verhalen verteld, worden doorgegeven.
Zoals Leo
Vroman verwoordde:
kom vanavond
met verhalen
hoe de
oorlog is verdwenen
en herhaal
ze honderd malen:
alle malen
zal ik wenen