Engelbewaarder
Onlangs
ruimde ik de steeds hoger wordende papierstapel naast mijn computer op.
Vluchtig bekeek ik het materiaal om het vervolgens in de prullenmand te deponeren. Tot ik opeens een vel papier in
handen had waarop in grote letters een fragment uit de bundel Engelbewaarder stond. Hoe kwam dit hier
terecht, had ik het misschien naar iemand in verdriet willen sturen?
De boel de
boel latend dook ik in de boekenkast en nam het fraai uitgevoerde boek van de
dichter Michel van der Plas ter hand. De herinnering aan een warme
voorjaarsmiddag in 2005 kwam boven.
Op de fiets
kwam één van de uitgevers van Ten Have om mijn engelenfoto’s te bekijken.Ze waren bezig met een bundel over bewaarengelen en zochten bijpassende foto’s. Er was een zekere haast bij, de dichter was op leeftijd. En dat niet alleen; dit bijzondere fenomeen uit de rooms-katholieke traditie was bezig te verdwijnen. Vanaf zijn jeugd wist Van der Plas zich begeleid door een bewaarengel, die er alleen voor hem was en niet van zijn zijde week. Die hem beschermde en opving in tijden van twijfel een aanvechting. Er was inspiratie voor een bundel met bewaarengelen.
De uitgever
en ik bekeken foto’s en keurden en kozen. Ondertussen liet hij me het
manuscript zien van de dichter en dat was zo karakteristiek dat ik opmerkte: ‘
Doet u niets met dat handschrift?’ Hij keek me niet begrijpend aan. ‘Is het
niet aardig om dat aan de binnenzijde van de harde kaft te plaatsen, als een
soort hommage’, vulde ik aan. Met een ‘Ja, misschien’, vertrok hij.
Niet veel
later viel het boek op de deurmat. Op de voorzijde stond een in sepia afgebeelde
engel van Andrea Volpicelli, maar de
engelen in het boek kwamen uit mijn archief. Het mooist vond ik het binnenblad:
het handschrift van de dichter in volle glorie!
Van der Plas
verwoordt in een cyclus persoonlijke,
haast intieme gedichten de gesprekken die hij voert met zijn bewaarengel. Hij
prijst hem, hij knort op hem, hij maakt hem deelgenoot van zijn twijfel. Maar
hij laat de engel ook weten hoe hij Gods liefde voelt en zich daarin getroost
voelt en beschermd weet.
Herhaal me vaak dat het Gods goedheid is
die mij aan jouw bestaan heeft toevertrouwd,want dan begint onze geschiedenis
met de verklaring dat hij van mij houdt,
en dan wordt het ook nooit meer kaal en koud
als ik zicht op mijn bestemming mis:zijn liefde staat eeuwen en eeuwen oud
achter de nacht waarin in naar hem gis.
Ik bladerde, las en dacht na. Bewaarengelen? Had ieder mens een engel die rond hem/haar
zweefde? Er ontstond een plotselinge onverklaarbare vrede in me. Het leek de
zachte aanraking van mijn bewaarengel, die mogelijk stond voor een kleine
berisping: ‘Jij wilt alles zelf oplossen, vaak dingen die niet op te
lossen zijn. Laat mij, gezant van God, een stukje overnemen.’ Toen was het stil
en leek hij weg te wieken op zijn sterke vleugels.
Toen het
grote verdriet hier kwam schreef Michel van de Plas woorden van troost. Evenzo
deed ik dat aan de nabestaanden bij zijn overlijden in 2013. Op de kaart stond een gedicht uit Engelbewaarder:
‘Vlieg met me weg totdat ik overal
het land zie door Gods eeuwig licht
beschenenen aan jou zij van liefde zingen zal.