Overbrugd

Overbrugd

donderdag 15 maart 2018


Gabriël

Nieuwsgierig keek ik naar het in paars vloeipapier gewikkelde pakje, nadat ik de kunstig gevouwen verpakking van hetzelfde zachte papier had verwijderd.

 ‘Zo verpakken kunnen ze alleen in Uzès’, zei mijn goede vriendin, terwijl ze naar me toe leunde. Uzès is een dorp in Zuid-Frankrijk. Langzaam wikkelde ik het platte pakje af, er scheen geen eind aan te komen. Even kwam dat spannende gevoel van vroeger terug bij het openen van pakjes. Toen was het papier er af, voor mij lag een engel van zilverkleurig metaal en zo mooi, dat ik er even sprakeloos naar keek. De schoonheid zat niet alleen in de zwierige houding, maar meer nog in de wijd gespreide armen, die ieder leken te willen omhelzen die daar aan toe was. De engel had geen ogen, geen mond en zelfs geen vleugels. Het lichaam bolde lichtjes. De gladde gestalte was omgeven door een brede rand bewerkt metaal, het leek op gebrand zilver. Die fraai versierde rand  maakte het gemis van vleugels meer dan goed. De rand leek één grote engelenvleugel. In stilte noemde ik de engel Gabriël, want de kersttijd lag nog niet zo lang achter ons.


Toen ik ’s avonds thuis kwam zette ik Gabriël voorzichtig tegen een vaas tulpen, omdat hij alleen maar kon hangen en het nooit tot staan zou brengen. Ik wandelde door de kamer en zocht een goede plek voor hem. En dat viel niet mee. Gabriël verdroeg geen goudkleurigheid naast zich, maar ook van brons hield hij niet. Zo viel het beste plekje af vanwege een icoon met veel goud en een bronzen borstkruis van de gekruisigde Christus. En omdat Gabriël niet kon staan was een plek naast de treurende Moeder Gods ook al uitgesloten.

Na een half uur zoeken gaf ik het op: alles leek van goud en brons te zijn. Net toen ik de engel mismoedig terug wilde zetten tegen de tulpen viel me nog één plek in. Weliswaar wat achter in de kamer, maar wel vlak bij de ontbijttafel en daar begint toch de dag. Ik hing Gabriël onder de zwartijzeren kandelaar tegen de muur van licht schoonmetselwerk. Het effect was prachtig. Nu lees ik de ochtendkrant onder toeziend oog van Gabriël en als het nieuws me schokt kijk ik naar Gabriël. Soms weet hij het te verzachten…