Overbrugd

Overbrugd

woensdag 7 februari 2024

Er zijn van die dagen waarin de dood zich door allerlei gebeurtenissen aan elkaar laat rijgen. Gisteren was er zo dag. Een straffe wind, niets mis mee. Maar de dag begon met het bericht over de ernstige ziekte van koning Charles van Engeland. Is hij net koning en nu al krijgt hij met kanker te maken. Dan denk ik: 'Ach koningin Elizabeth, waarom ben je niet eerder opgestapt, zodat je zoon ook een tijdje koning kan zijn.' Laten we het beste hopen. Ik liet me door de wind voortduwen naar de begraafplaats en bracht een lichtje naar mijn lief. Vervolgens aldaar bij een collega gastvrouw koffie gedronken en bijgepraat. Naar huis. Ontmoeting in het Zoddepark met iemand die in het verre verleden mijn belastingaangifte regelde. Het ging niet goed met hem: uitgezaaide prostaatkanker. Maar toch wist hij nog gauw een paar bijbelteksten en een psalmvers voor te dragen. Ik had daar destijds wat moeite mee, nu niet. Begreep het. Vervolgens het bericht op de telefoon van een onverwacht overlijden van de moeder van een goede collega. Een afspraak werd geannuleerd. Aan het eind van de middag belde ik een vriendin en wilde even langskomen. Kon niet, haar echtgenoot was heel erg benauwd. Leed aan onverklaarbare angsten en werd daarvoor naar de psycholoog gestuurd. De buurman van iets verder klaagde zijn nood tegen me over een andere buurman, die alles maar liet verpauperen. Hij zag er moe uit en trok met zijn been vanwege een pijnlijke knie. Het begon harder te waaien, ik keek naar het journaal en hoorde dat Pieter Omtzigt het voor gezien hield en van verder onderhandelen afzag. Zo'n dag geef je een dikke onvoldoende. En het buitengebeuren deed dapper mee: de wind stak op en de regen kletterde tegen de ruiten. Ik zei tegen Abel: 'De groeten, ik ga naar bed.'  Hij knipoogde...  

 

De bomen doen het ons voor: 'De rug rechten, stug doorgaan in de wetenschap dat er ook goede dagen zullen volgen...'

************************************************************************************

Kind in de gevangenis 

 

Een meisje met een lief gezicht,
ze kijkt je onbevangen aan,
zodat je denkt: Wat zou dat wicht
in vredesnaam hebben misdaan?
Om tien uur 's avonds gaat
haar celdeur dicht.
 
Ik sta er nog een poos bij stil:
mijn dochter net zo oud als zij,
kan gaan en staan waar ze maar wil.
De een gevangen, de ander vrij,
wat kan de oorzaak zijn
van zo'n verschil?
 
Over de band van het trottoir
met een stel kinderen in een rij
en links en rechts was het gevaar:
dat was heel spannend, vonden wij.
Toen was 't een spelletje,
nu lijkt het waar.
 
Want hier en daar stapt iemand mis,
weet niet hoe hij de fout in ging
en komt in de gevangenis.
Soms denk ik wel dat opvoeding
een zaak van meer geluk
dan wijsheid is
 
Willem Wilmink
Uit: Verzameld werk