Overbrugd

Overbrugd

dinsdag 30 juli 2024

Ik kende hem van de fotoclub. Die naam lijkt meer dan het in werkelijkheid was. Veel heb ik er niet geleerd. Bovendien vond ik de fotograaf die de cursus gaf, een doodgewone opschepper. Bart heet hij en afgelopen week kwam ik hem weer eens tegen. Een aardige bescheiden man, die destijds vlak bij ons bleek te wonen. We stonden samen in de supermarkt voor de zuivel en ik vroeg terloops: 'Hoe gaat het?' Een korte vraag, maar er lag een beladen wereld in besloten want drie jaar geleden verloor hij zijn vrouw Mini. Bij mij was dat verlies ruim twaalf jaar geleden. Hij glimlachte en zei dat het goed ging. Was zelf ook flink ziek geweest maar dat leek allemaal weer in orde te zijn. Ik pakte een pak gele vla en zag Bart en Mini in gedachten weer lopen. Gewoon elke zondagmorgen onder gebeier naar de Dorpskerk. Ze liepen hand in hand in grote saamhorigheid en in stilte verlangde ik terug naar die tijden van weleer toen mijn echtgenoot nog leefde. Eigenlijk vergat ik het beeld tot ik op een zekere dag Mini met apparatuur en zuurstof voorzichtig uit hun auto zag stappen. Niet veel later sprak ik hen en hoorde ik dat ze aan COPD leek en vaak erg benauwd was. Hij ging alleen naar de kerk en het gebeier leek anders. Tot het niet meer ging en ze naar een appartement verhuisden. Toch was Bart dankbaar, want ze stonden nog helemaal niet lang ingeschreven bij de Woningstichting en kwamen toch prachtig te wonen met verre uitzichten. En toen op een koude winterdag las ik over haar overlijden. Ik schreef een brief en bracht die naar zijn brievenbus. Zelfs dat was wennen, allemaal gleuven boven elkaar met een nummer. Ik miste ze. Wat ik vooral miste was zijn mooie voortuin waar hij iets schilderachtigs van had weten te maken. Brokkelige muurtjes met allerlei klimplantjes. Een pad met rustieke keitjes en veel bloeiende planten. Terug naar de zuivel. Het ging dus goed met hem en ik kon het niet laten om te zeggen: 'Ik mis je mooie voortuin wel heel erg, want nu staat er in de tuin een auto geparkeerd.' Hij glimlachte en zei: 'Ach ja, dat is geweest. Nu mag een ander daar wonen.' Geen geklaag, geen gejammer, alleen maar een wijs en berustend antwoord. We namen afscheid en buiten riep hij: 'Tot volgende keer!', sprong toen op de fiets. Ik fietste ook naar huis en ondertussen bedacht ik dat ik van Bart het nodige nog kon leren. Gewoon die mooie herinnering benoemen en opbergen met een tevreden glimlach in je geheugen. Dat moet ik me nog eigen maken...


Een roos uit een kloostertuin voor een wijs iemand...


***************************************************************************************

Dat leuke beest 

 

'Wij hadden een big met een lamme poot
en we brachten hem los van de anderen groot,
met aardappelschillen, gekookt als weleer
en ach, wat rook dat toch lekker, meneer!
Daar smulde hij van: 't was een leuk gehoor
en als je hem kietelde achter een oor,
dan kwispelde hij en dan bloosde hij
en wij kinderen stonden er glimlachend bij.

Als big heeft hij ons dikwijls vermaakt
en als varken heeft hij ons heerlijk gesmaakt.'

Willem Wilmink
Uit: Verzameld werk